De barbecue is veel gebruikt tijdens de mooie dagen van afgelopen periode. Helaas gebeuren er nog te vaak ongelukken. Kennis van Eerste Hulp en/of BHV brandbestrijding is in zo'n geval erg handig!
Hoe gaat het dan mis?
“Ik weet wel hoe ik veilig spiritus kan gebruiken!” Het is een veelgehoord argument als je uitlegt hoe het misgaat tijdens het barbecueën. Maar het is onzin. Brandbare vloeistoffen zijn nooit 100% veilig te gebruiken. Dat komt omdat bij alle vluchtige brandbare vloeistoffen zoals spiritus, bio-ethanol, (was)benzine en lampenolie bij het openen ALTIJD een gaswolk vrijkomt die in de lucht blijft hangen (verdamping). Deze gaswolk is zeer groot. Een vonkje in de gaswolk is genoeg voor een steekvlam die meters lang kan zijn. De enige manier om een barbecue 100% veilig aan te maken, is dus met aanmaakblokjes.
En wat doe je als iemand in brand staat?
De Nederlandse brandwonden stichting stelt een handige quiz beschikbaar. In slechts acht vragen leer je wat je moet doen als iemand tijdens het barbecueën opeens in brand staat. Test het via www.brandwondenstichting.nl/bbq.
Heeft u interesse in een opleiding Eerste Hulp en Brandbestrijding? Volg dan bij ons een BHV cursus? Vraag nu naar de mogelijkheden.
In ieder bedrijf, dus ook in een tandheelkundige praktijk, zijn bedrijfshulpverleners verplicht. Als ik zo om me heen kijk, gaan tandheelkundig medewerkers regelmatig naar een BHV-cursus. Ik kwam in contact met Marcel van der Meer van De Veiligheidstrainer Bedrijfshulpverlening. Marcel heeft zich als ambulance-verpleegkundige gespecialiseerd in BHV-trainingen op tandheelkundige locaties (www.BHV-tandartspraktijk.nl)
Door Elly Hogeveen
De Arbowet schrijft voor dat bedrijven verplicht zijn om doeltreffende maatregelen te nemen op het gebied van bedrijfshulpverlening met minimaal één BHV’er per bedrijf. Maar is één genoeg? Voorheen was er de vaste richtlijn van één BHV’er op 50 aanwezigen. Maar deze richtlijn bestaat niet meer sinds de vereenvoudiging van de Arbowet in 2007. Nu moet bij het bepalen van het aantal BHV’ers rekening gehouden worden met de grootte en de risico’s behorende bij het bedrijf. De wet schrijft voor dat er altijd een BHV’er aanwezig moet zijn. Dus het is niet handig om net die ene parttime assistent aan te wijzen voor de opleiding.
Ook tijdens ziekte, verlof en vakantie van de BHV’er(s) moet het veilig zijn om te werken en zal er iemand in actie moeten komen bij een calamiteit. Artikel 3 van de Arbowet omschrijft bijvoorbeeld dat bedrijfshulpverlening verplicht is voor alle bedrijven met één of meerdere werknemers. Ook uitzend- en vakantiekrachten tellen mee. De Inspectie SZW (Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid) controleert of de regels worden nageleefd en treedt zo nodig streng op. De Inspectie SZW kan hoge boetes uitdelen als het niet geregeld is.
De wetgeving zegt over herhalingscursussen:
"Laat BHV’ers periodiek een herhalingscursus volgen en zorg ervoor dat er regelmatig geoefend wordt.
Een rekbaar begrip. Op de site van de Rijksoverheid (Arbeidsomstandigheden) vond ik daarover het volgende:
Als BHV’er moet u regelmatig bijscholing krijgen zodat uw kennis en vaardigheden op peil blijven. Hoe en waar uw werkgever de bijscholing moet regelen, staat niet in de wet. Hoe vaak u een
herhalingscursus volgt, kan dus per organisatie verschillen. BHV’ers moeten ook regelmatig oefenen. De overheid raadt aan minimaal één keer per jaar een ontruimingsoefening te houden.
Een goede BHV-training kan het beste worden toegespitst op de specifieke risico’s van in dit geval een tandheelkundige praktijk. Marcel van der Meer streeft bij zijn trainingen naar een praktijkgerichte, complete cursus. Naast instructeur Eerste Hulp is hij ook bevoegd het onderdeel Brandbestrijding en Ontruiming te verzorgen. Zo krijgt iemand een 3,5 uur durende cursus op maat met de theorie afgemeten en gericht op de eigen tandartspraktijk. In de tandartsenpraktijk ligt de nadruk op het verlenen van Eerste Hulp, De nadruk bij het verlenen van Eerste Hulp ligt op het benaderen van een slachtoffer. De slachtoffer kan bijvoorbeeld aanspreekbaar zijn, maar ook bewusteloos zijn, mét of zonder ademhaling.
Je leert de volgende aspecten op de cursus:
Er wordt geleerd hoe te handelen bij patiënten die onwel worden in een behandelstoel. Mag je bijvoorbeeld wel of niet reanimeren in zo’n stoel? Hoe haal je een patiënt die onwel wordt het beste uit een behandelstoel? Hier ga je mee aan de slag. De cursist leert wat de te verwachten scenario’s zijn in de sterilisatieruimte. Zo leer je bijvoorbeeld wat je moet doen met elektrische apparaten als er brand uitbreekt, hoe blus je een elektrisch apparaat en hoe betreed je een ruimte waar je brand verwacht.
De Veiligheidstrainer illustreert het één en ander met voorbeelden uit de praktijk. In zijn 20-jarige carrière als ambulanceverpleegkundige is Marcel van der Meer meerdere malen bij tandartspraktijken over de vloer geweest en kan hij vertellen wat de risico’s zijn in de tandheelkundige praktijk zijn. Zo rijdt hij met de ambulance regelmatig op meldingen van allergische reacties. Marcel vertelt dat bij meer dan 95 procent van de meldingen over een allergische reactie er sprake is van andere zaken. Denk dan aan een flauwte, hyperventilatie, angst- of een paniekaanval.
Overgevoeligheidsreacties kunnen worden uitgelokt door een hele reeks verschillende allergenen waarmee het tandheelkundig personeel dagelijks, en de patiënt frequent, mee in aanraking kunnen komen. Zowel in de praktijk als daarbuiten. In de tandartspraktijken worden voornamelijk latex en rubber, (meth)acrylaten en in mindere mate ook metalen, als voornaamste oorzakelijke allergenen beschouwd. Een actueel thema tijdens de training van De Veiligheidstrainer is dan ook de anafylactische shock, gerichte aandacht voor het handelen tijdens het vermoeden hiervan. Een anafylactische shock is de medische term voor een snelle systemische allergische reactie. Vele stoffen kunnen als allergeen fungeren, de anafylaxie treedt op wanneer een persoon allergisch of sensitief is voor deze allergeen. Zelfs zeer kleine hoeveelheden van het allergeen kunnen al een levensbedreigende anafylactische reactie veroorzaken.